Geplaatst op 19 september 2022
Enkele gedachten over het invaren en de rol van het medezeggenschapsorgaan
Pensioen invaren en de rol van het medezeggenschapsorgaan
In de hoofdlijnennotitie van het pensioenakkoord is de voorkeur uitgesproken voor een omzetting van pensioenrechten aan de hand van een standaard transitie pad. Daarbij schrijft de wetgever voor welke rekenmethoden en parameters gebruikt moeten worden voor de omzetting van oude aanspraken en rechten – het invaren.
Opgemerkt is: “Bij het omzetten van de pensioenrechten en aanspraken die zijn opgebouwd onder het FTK, naar het nieuwe contract (invaren), staan pensioenfondsen twee methoden ter beschikking, namelijk value based ALM (vba-methode) en de ‘standaardmethode’.” [Hoofdlijnennotitie, p. 24].
De twee methoden van invaren
Het verschil tussen de VBA-methode en de standaardmethode, zit in het wel of niet meenemen toekomstige indexaties en kortingen. In het laatste geval wordt gesteld dat toekomstige buffers kunnen oplopen. Waardoor bij de transitie het toe te delen vermogen niet gelijk hoeft te zijn aan 100% van de dekkingsgraad, maar minder. Op die manier blijft onverdeeld vermogen beschikbaar voor compensatie.
Het wetsvoorstel wordt momenteel in de Tweede Kamer behandeld. Doordat het nieuwe pensioenstelsel op belangrijke onderdelen niet volledig is uitgekristalliseerd, stuit het huidige voorstel op de nodige kritiek.
Als een in het pensioenrecht gespecialiseerde advocaat komt het mij voor dat gebruik wordt gemaakt van slechts één rekenmethode. Dat maakt de stelselherziening overzichtelijker en beter uitlegbaar. Het gebruik van de standaardmethode bij het invaren is daarbij minder gevoelig voor politiek sentiment. Immers is de vba-methode mede gebaseerd op toekomstige opbouw en economische ontwikkelingen, waarvan niet duidelijk is in hoeverre het veronderstelde scenario zich ook daadwerkelijk zal voltrekken. Het valt daarom (beter) te betogen, dat een stelselwijziging – en daarmee dus het invaren – zo veel mogelijk gefixeerd wordt op één temporeel moment.
Met name nu de Raad van State geen bezwaren ziet tegen de beperking van het individuele bezwaarrecht bij invaren, zal een verschil in gehanteerde rekenmethode per pensioenfonds kunnen leiden tot een verlies van vertrouwen in het nieuwe pensioenstelsel. Het buiten werking stellen van het individuele bezwaarrecht ex art. 83 lid 2 sub a PW vormt op zichzelf namelijk al een paternalistische ingreep, omdat het in essentie de vrije keuze van het individu tenietdoet. Ik vraag mij af of die beknotting gerechtvaardigd is, in het geval de rekenmethodiek van het nieuwe pensioenstelsel onduidelijk is.
Verantwoordingsorgaan of belanghebbendenorgaan
Afhankelijk van het type bestuur van een pensioenfonds, kent deze een verantwoordingsorgaan dan wel belanghebbendenorgaan. In de hoofdlijnennotitie is opgemerkt dat deze medezeggenschapsorganen gedurende de transitieperiode een versterkt collectief bezwaarrecht dat toeziet op zowel het invaarbesluit als de daaraan verbonden beleidsmatige keuzes (oftewel bij de keuze of de transitie conform de standaardmethode dan wel de ALM-methode plaatsvindt).
In deze medezeggenschapsorganen zijn bij het verantwoordingsorgaan zowel deelnemers als gepensioneerden vertegenwoordigd, met de optie om ook de werkgever hierin te betrekken. Bij het belanghebbendenorgaan is in ieder geval de werkgever vertegenwoordigd. Houden we in het oog dat bij het invaren en de toepassing van een premieregeling met degressieve opbouw wenselijk is dat de oudere werknemer gecompenseerd wordt het gemis van pensioenopbouw (want van progressieve staffels naar een gelijkblijvende degressieve staffel), dan zal die compensatie op enige wijze gefinancierd moeten worden. Een werkgever kan dan baat hebben bij het hanteren van de vba-methode, omdat mogelijk voor minder pensioenvermogen dan 100% van de dekkingsgraad benodigd is voor de transitie. Het onverdeelde vermogen kan op die manier worden benut voor compensatie van een specifieke groep. Het zal moeten uitwijzen of het openlaten van deze discussieruimte wenselijk is. Deze leemte kan ook een afwachtende houding bij werkgevers creëren als het aankomt over communicatie rondom compensaties.