Nieuwe onderneming en pensioen!

Bij het starten van een nieuwe onderneming komt veel kijken. Voor veel ondernemers is dit ook een spannende tijd, die gesymboliseerd wordt door een inschrijving bij de Kamer van Koophandel (KvK). Voorafgaand aan het starten van een onderneming, zijn ondernemers doorgaans bezig met het opstellen van een business plan. De arbeidsvoorwaarde pensioen voor de eventuele (toekomstige) werknemers komt mogelijk pas in een later stadium aan bod, bijvoorbeeld bij het aannemen van de eerste werknemer. Dit terwijl het aanbieden van een pensioenregeling niet altijd vrijblijvend is en dit aanzienlijke financiële gevolgen met zich mee kan brengen.

De lappendeken aan verplichtstellingen

In het Nederlandse pensioenlandschap bestaan verschillende Verplichtstellingsbesluiten. Uit hoofde waarvan een werkgever gehouden kan zijn tot deelname aan de pensioenregeling van een bedrijfstakpensioenfonds. Zodra wordt voldaan aan de omschrijving en vereisten van een Verplichtstellingsbesluit, ontstaat van rechtswege een aansluitplicht. Afhankelijk van de omschrijving in het Verplichtstellingsbesluit, kan dit bijvoorbeeld zijn vanaf het moment van oprichting óf indiensttreding eerste werknemer. Door de werkgever dient dan aanmelding plaats te vinden, waarna een premievordering van het betreffende bedrijfstakpensioenfonds volgt.

Door een verscheidenheid aan verplichtstellingsbesluiten in de verschillende bedrijfstakken of beroepsgroepen, heeft zich een lappendeken aan verplichtstellingen gevormd. Dit heeft deels te maken met het economisch en sociaal doel van de verplichtstelling. Namelijk het voorkomen van concurrentie ten aanzien van de arbeidsvoorwaarde pensioen én het tot stand brengen van een uniforme aanvullende pensioenvoorziening voor de bedrijfstak. Met een Verplichtstellingsbesluit wordt eveneens invulling gegeven aan het bestrijden van de witte vlek; het aantal werkgevers zonder pensioenvoorziening.

Aanbieden pensioenregeling: vrijblijvend?

Het aanbieden van de arbeidsvoorwaarde pensioen is hierdoor niet altijd een vrijblijvendheid. Bij het starten van een nieuwe onderneming is het van belang onderzoek te doen naar een mogelijke verplichtstelling. Een pensioenadviseur of -advocaat kan deze risico’s voor de onderneming in kaart brengen. Afhankelijk van onder andere de (toekomstige) activiteiten van de onderneming en bijvoorbeeld de rechtsvorm wordt dan een werkingssfeeronderzoek verricht. Het belang van een dergelijk onderzoek wordt doorgaans onderschat. Zeker wanneer ondernemingen in toenemende mate gecombineerde activiteiten ontplooien, die raakvlakken hebben met één of meerdere bedrijfstakken. Dit kan gevolgen hebben voor de aansluitplicht.

Een aansluitplicht ontstaat van rechtswege, zodra activiteiten worden verricht die kwalificeren onder een verplichtstellingsbesluit. Vanaf dat moment ontstaat voor een werkgever ook een plicht tot naleving van de reglementen van het bedrijfstakpensioenfonds én wordt een werkgever in beginsel ook premieplichtig. Het niet tijdig signaleren van een aansluitplicht, kan een aanzienlijke premievordering tot gevolg hebben. De terugwerkende kracht van een premievordering is in ieder geval vijf jaar, een ruimere termijn is echter niet ondenkbaar. Daarover zijn de meningen in de literatuur en jurisprudentie verdeeld, waardoor de Hoge Raad om duidelijkheid is gevraagd.

Geen premie, wel recht

Bedrijfstakpensioenfondsen hanteren een actief opsporingsbeleid naar werkgevers die mogelijk onder diens werkingssfeer kwalificeren, bijvoorbeeld door af te gaan op de SBI-code in de KvK. Hierdoor kan een nieuwe onderneming gelijk na oprichting in het vizier van een bedrijfstakpensioenfonds raken.

Dit heeft te maken met het adagium ‘geen premie, wel recht’. Een werknemer kan aanspraak maken op pensioenopbouw, wanneer sprake is van een kwalificatie onder de werkingssfeer, zonder dat daarvoor door de werkgever premie hoeft te zijn betaald. Dit heeft grote gevolgen, aangezien deze pensioenaanspraken ook dienen te worden gefinancierd. In principe door de werkgever, maar bij het ontbreken daarvan door het pensioenfonds. Het komt dan ook regelmatig voor dat werkgevers zich geconfronteerd zien met premievorderingen over het verleden, die afhankelijk van de grootte van het werknemersbestand van aanzienlijke omvang kunnen zijn.

Voorkomen is beter dan genezen

Tijdig en periodiek onderzoek naar een mogelijke aansluitplicht is hierdoor aangewezen. Ook bij het oprichten van een onderneming, zodat de pensioengevolgen duidelijk zijn en daarop kan worden geanticipeerd. Hiermee kunnen de financiële gevolgen worden beperkt. Wijzigingen in een Verplichtstellingsbesluit, of in bedrijfsactiviteiten kunnen ook gevolgen hebben voor het ontstaan of doen vervallen van een mogelijke aansluitplicht.

Het adagium van Gommer Advocaten, voorkomen is beter dan genezen, past bij het signaleren van een mogelijke aansluitplicht en het adviseren hierover. Een aanschrijving van een bedrijfstakpensioenfonds hoeft immers nog niet te betekenen dat daadwerkelijk een aansluitplicht bestaat. Ook kan het zijn dat het bedrijfstakpensioenfonds uitgaat van verkeerde informatie, waardoor de datum waartegen dient te worden aangesloten kan worden verlegd. Dit alles is afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval en de activiteiten van werkgever.

Bij een aanschrijving is het wel van belang tijdig te handelen, om zo de eventuele financiële gevolgen te beperken. In het verrichten van een bpf-check en de eventuele correspondentie met het bedrijfstakpensioenfonds kan Gommer Advocaten uiteraard van dienst zijn. Voor het verrichten van een werkingssfeeronderzoek, hebben wij daarnaast een stappenplan gemaakt met daarin duidelijk de verschillende stappen in beeld. Ook bij eventuele vragen, staan wij je graag te woord. Een regelmatige bpf-check is immers een noodzakelijk iets!

Vul het formulier in om het stappenplan op te vragen.