Vragen of afspraak maken?

Stuur ons een bericht op Whatsapp

Nieuwsbrief

Geplaatst op 09 mei 2023

De onderneming kan de pensioenpremies van een pensioenfonds niet betalen; wat nu?

Wanneer onvoldoende middelen zijn om pensioenpremies af te dragen, moet daarvan mededeling aan het pensioenfonds worden gedaan, volgens de Wet Bpf 2000. Wil zo’n melding rechtsgeldig zijn, dan moet deze schriftelijk te worden gedaan, uiterlijk binnen veertien dagen nadat de premies betaald hadden moeten zijn.

Overige voorwaarden melding

Bovendien moet inzicht worden gegeven in de omstandigheden die hebben geleid tot de betalingsonmacht. En als het pensioenfonds dit verlangt, is de werkgever verplicht nadere informatie te verstrekken. Iedere bestuurder is bevoegd om namens de werkgever deze melding te doen. In de praktijk wordt voor deze melding gebruik gemaakt van een standaard door de Belastingdienst beschikbaar gesteld formulier. In de rechtspraak is echter vast komen te staan dat ook op andere wijze bekendheid van het pensioenfonds met de betalingsonmacht kan ontstaan. Ook is geoordeeld dat niet bij herhaling een melding hoeft plaats te vinden. Een tijdige melding is noodzakelijk voor het voorkomen van bestuurdersaansprakelijkheid.

Gevolgen tijdige en niet tijdige of volledige melding

Ondanks een tijdige melding kan echter nog altijd sprake zijn van bestuurdersaansprakelijkheid. Als het pensioenfonds immers aannemelijk kan maken dat het niet betalen van de bijdragen het gevolg is van kennelijk onbehoorlijk bestuur (in de periode van drie jaar voorafgaande aan de mededeling), dan is de bestuurder alsnog aansprakelijk voor het niet afdragen van de premie. En als er überhaupt geen (juiste en tijdige) mededeling van betalingsonmacht is gedaan? Dan wordt bestuurdersaansprakelijkheid aangenomen, omdat dan op voorhand het vermoeden bestaat dat de niet-betaling aan de bestuurder is te wijten. De bestuurder die echter aannemelijk maakt dat het niet aan hem te wijten is dat niet aan de mededelingsplicht is voldaan, mag dit vermoeden van verwijtbaarheid proberen te weerleggen.

Procedure Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Recent is door Rechtbank Zeeland-West-Brabant geoordeeld over de vraag of (tijdig) melding was gedaan van betalingsonmacht. Het pensioenfonds heeft de bestuurder aansprakelijk gesteld voor niet afgedragen premies. De bestuurder stelt zich op het standpunt aan de tijdige meldingsplicht te hebben voldaan. Op 29 februari 2020 is namelijk een brief naar het pensioenfonds gestuurd, waarin is aangegeven dat de onderneming betalingsproblemen ondervindt. Daarna vindt op grond van een betalingsregeling een aanzienlijke betaling van de openstaande vorderingen plaats, maar daarna blijft opnieuw betaling achterwege. De eerder gedane melding heeft ook hierop betrekking, volgens de bestuurder. Het pensioenfonds is van mening dat de melding van 29 februari 2020 niet aan de voorwaarden voldoet en daarnaast is zij van mening dat na de integrale betaling van de openstaande facturen geen situatie van betalingsonmacht meer bestond.

Conclusie

De rechtbank gaat mee in het eerste standpunt van het pensioenfonds dat de gedane melding niet voldoet. Van de onderneming mag een duidelijk daarop gericht bericht worden verlangd, op grond waarvan het pensioenfonds kan bepalen of behoefte is aan meer informatie. Een enkele mededeling van moeilijke financiële omstandigheden is onvoldoende, net als het overeenkomen van een betalingsregeling. Nu geen sprake is van een tijdige correcte melding, kan ook geen sprake zijn van het in stand blijven van deze melding, ondanks dat na betaling nog een schuld bleef open staan.

Het blijft dus van groot belang om als bestuurder van een onderneming tijdig en adequaat te handelen als vastgesteld moet worden dat premies van een pensioenfonds niet voldaan kunnen worden. Gommer & Partners Pensioen Advocaten is u in een dergelijke situatie graag van dienst.

Dit artikel is geschreven door mr Linda Evers MPLA

 

Contact

Neem contact met ons op

"*" geeft vereiste velden aan

*
*
*
*